Om kwart over
één (van de paters mocht geen enkele les geschorst worden in de voormiddag; ook een Parijsreis vormde daar geen uitzondering op!) bolde de autobus de immer statige oprijlaan van het Montfortcollege uit, gevuld met enthousiaste leerlingen van het vijfde en zesde jaar en als begeleiders M
r.
Aertbeliën,
mevr. Vander
Elst, en pater
Lemmens.
Mr.
Theyskens en zijn echtgenote pikten we in
Leuven op. De reis verliep vlot en zonder noemenswaardige gebeurtenissen. Eens Parijs binnengeduikeld konden we al dadelijk de vermaarde kneepjes van de
Parijse chauffeurs van dichtbij bestuderen. Wat een drukte en wat een georganiseerde chaos. Gelukkig maar dat wij gedurende vier dagen van de metro gebruik maakten!
We stapten uit in 151 Avenue
Ledru-Rollin en betraden met onderzoekende blik wat moest doorgaan als jeugdherberg. Kamers werden toebedeeld... we installeerden ons zo 'comfortabel' mogelijk. We sliepen met 2 of 4 op een kamer en de stapelbedden haalden we veiligheidshalve maar uit elkaar.
Gelukkig spendeerden we niet te veel tijd in de jeugdherberg: van halftwee '
s nachts tot halfnegen 's morgens; meer niet. We konden er douchen en ontbijten. Dat je hand aan de muren bleef kleven bij een toevallige aanraking, namen we maar voor lief.
De eerste avond dineerden we in
self service
Strasbourg op de Boulevard de Strasbourg. Als mijn historische reconstructie correct is, moet het op nummer 16 geweest zijn. Dat deel van de boulevard was toen een zeer levendige buurt, vol met theaters en bioscopen. Daar is 40 jaar later vrijwel niets meer van over: het is een mistroostige buurt geworden.
Iedereen was snel vertrouwd met de metro en we hebben het systeem optimaal benut.
's Avonds bezochten we de Tour
Montparnasse, een glazen toren van 58 verdiepingen, toen nog volledig bedekt met panelen bruingetint glas. Van boven op het dak...lag Parijs in al haar schoonheid aan onze voeten. Het was jammer dat de zichtbaarheid niet honderd procent was. Langzaam zagen we alle verlichting aangaan en Parijs zoals elke avond herboren worden tot de lichtstad. Op de bovenste verdieping zag ik kakkerlakken rondlopen in de toiletten. Hoogtewerkers waarschijnlijk.
In groep wandelden we daarna de
Champs Elysées op, tot aan de
Arc de
Triomphe. Toen we onder deze flink opgeschaalde triomfboog stonden was het al donderdag.
Terug in
Ledru-Rollin dronken we een koel glas wijn bij
Vittorio. Lichtjes bedwelmd door al die pracht (en eventueel door de wijn) viel de meerderheid rond drie uur in slaap.